Op 17 oktober betoogt het gemeenschappelijk vakbondsfront opnieuw tegen zichzelf. In een zoveelste poging de schuld in de schoenen van de werkgevers te schuiven – die niets te zeggen hebben over de budgetten die vrijgemaakt worden – zetten ze de Brusselse regering in lopende zaken compleet uit de wind. Federgon blijft vragende partij voor de uitvoering van de federale cao, met inbegrip van een diplomatiek offensief naar de regering om dezelfde voorwaarden in Brussel te bekomen.
Na het afsluiten van een federale cao in augustus, dat een loonsverhoging voor de huishoudhulpen van €0,77 per uur voorziet voor alle huishoudhulpen in Wallonië en Vlaanderen, zijn de sociale partners vragende partij om dezelfde waardering aan onze Brusselse huishoudhulpen te kunnen geven. Dat komt neer op een loonkoststijging van €1,30 per uur – een combinatie van sociale lasten en gewaarborgd loon bij vakantie, feestdagen, ziekte,… die bovenop het brutoloon komt te liggen.
Desalniettemin trokken de vakbonden vandaag de straat op om actie te voeren tegen de werkgevers. Federgon wil nochtans exact hetzelfde: dezelfde voorwaarden voor onze Brusselse huishoudhulpen. Elke cent die de Brusselse regering wil geven, moet rechtstreeks naar de huishoudhulp vloeien.
De werkgevers zijn daarbij vragende partij voor een gelijk speelveld: als de overheid een loonsstijging van €0,77 per uur wil voorzien (een loonkoststijging van €1,30 per uur) dan moet zij deze ook financieren zoals Vlaanderen en Wallonië dat doen. Maar daarnaast vragen de vakbonden ook de retroactiviteit vanaf maart 2025. Federgon wil deze eis volledig inwilligen, als de Brusselse regering haar budget ook retroactief wil voorzien. In tegenstelling tot Vlaanderen en Wallonië, laat Brussel niet de ruimte aan bedrijven om zelf de nodige financiële middelen te voorzien.
“Elke euro die de Brusselse regering wil geven, geeft ze voor de Brusselse huishoudhulp. We willen allemaal hetzelfde bekomen,” zegt Ann Cattelain, CEO van Federgon. “Wij zijn met handen en voeten gebonden aan de financiering die de Brusselse regering bepaalt. Als zij een euro geven, dan geven we een euro. Als zij retroactief een euro willen geven, dan geven we retroactief een euro. Maar de boekhouding moet kloppen.”