Een navraag door L’Echo toont aan dat bedrijven niet warmlopen voor de premie van 1.000 euro die werkgevers moet aanmoedigen om langdurig zieken opnieuw in dienst te nemen. Van het voorziene budget van 8,75 miljoen euro, is amper 5 procent uitgekeerd. Voor Federgon is de boodschap duidelijk: “Om écht tot een sterke re-integratie op de arbeidsmarkt te komen, is begeleiding onontbeerlijk.”
Sinds vorig jaar kunnen bedrijven een premie van 1.000 euro ontvangen voor het opnieuw aan de slag krijgen van langdurig zieken. De bedoeling van ontslagnemend federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke is om werkgevers mee te nemen in een cultuuromslag. Navraag door L’Echo leert dat in het kader van deze premie amper 408.000 euro reeds is uitgekeerd, dat is amper 5 procent van het totale bedrag van 8,75 miljoen euro.
Daarnaast leert ook een Mensura-enquête dat 4 op de 10 bedrijven geen interesse tonen in de federale maatregelen en zelfs 9 op de 10 bedrijven geen structureel beleid voeren rond het opnieuw aan de slag krijgen van wie ziek is uitgevallen. Daartegenover staat dat informele procedures enorm goed werken. Zodra de werkgever en de zieke werknemer een akkoord hebben over hoe ze de terugkeer naar de werkvloer willen invullen, lukt dat ook in vier op de vijf gevallen.
Arbeidsmarktbegeleiding sneller inschakelen
“De stappen die door de ontslagnemend minister Vandenbroucke zijn genomen, zijn stappen in de juiste richting,” zegt Ann Cattelain, CEO van Federgon. De cijfers tonen echter aan dat de maatregelen rond het reactiveren van langdurig zieken nog te vrijblijvend zijn. “De tanker is voorzichtig aan het keren, maar hij heeft nog een lange weg af te leggen. Wat echt een verschil zou kunnen maken, is het taboe op een verplichte begeleiding van langdurig zieken los te laten en de expertise van professionele arbeidsmarktbegeleiders in het reïntegratieproces te valoriseren. Zowel op de private markt als bij de regionale arbeidsbemiddelingsdiensten is er de capaciteit om vele mensen te begeleiden, maar de toestroom naar begeleiding is onvoldoende.”
Naast de medische blik, dient er ook gekeken te worden welke talenten en ambities mensen hebben en waar de mogelijkheden liggen om een nieuwe uitdaging aan te gaan op de huidige arbeidsmarkt. Dit is dé specialiteit van professionele arbeidsmarktbegeleiders, die mee mensen de goesting kunnen doen vinden om terug aan de slag te gaan met hun talent en hen op de juiste plaats doen terechtkomen – of dat nu bij dezelfde of bij een nieuwe werkgever is. Net die arbeidsmarktexpertise ontbreekt vandaag in het reïntegratieproces. Boetes zijn een eerste stap, maar betrokken partijen krijgen daardoor geen handvaten aangeboden om een echt beleid te voeren. Federgon is dan ook vragende partij om deze expertise van professionele arbeidsmarktbegeleiders structureel te benutten.
Benut de capaciteit van professionele arbeidsmarktbemiddelaars
Zo snel mogelijk een verplicht begeleidingstraject opstarten is de boodschap. “Wie vandaag langdurig ziek is, botst tegen enorme muren om de weg naar werk te hervatten – niet in het minst omdat de begeleiding die ze ontvangen voornamelijk medisch van aard is én dat zelfs gedeeltelijke werkhervatting in sommige gevallen tot verlies van bepaalde rechten kan leiden.” Arbeidsmarktexpertise ontbreekt vandaag in het reïntegratieproces. De expertise van professionele arbeidsmarktbegeleiders moet structureel benut worden. De private hr-dienstverlening heeft momenteel een capaciteit van 50.000 begeleidingen op jaarbasis. Het benutten van deze capaciteit vereist enkel een betere doorstroom.
Federgon pleit voor een verplicht begeleidingstraject voor elke langdurige zieke die een begeleiding kan volgen. Opleiding of omscholing kan hier ook deel van uitmaken. “Langdurig zieken die een begeleiding kunnen volgen, moeten daar zo snel mogelijk mee starten. Hoe langer iemand afwezig is, hoe meer drempels er zijn om de opstap naar werk opnieuw te maken.” Die verplichte begeleiding kan via het Terug-Naar-Werk-fonds bij het RIZIV georganiseerd worden. “De inschatting of iemand een begeleiding kan volgen, zou voor elke langdurig zieke automatisch moeten gebeuren door de adviserend arts vanuit zijn medische expertise. Vervolgens is het de professionele dienstverlener die een begeleiding op maat aanreikt vanuit zijn arbeidsmarktexpertise,” concludeert Cattelain.