Ook de uitzendactiviteit kent vanaf de 3e week van maart een sterke, diepe daling​, maar de afname lijkt gestabiliseerd. Uitgedrukt in een percentage spreken we over een daling van de activiteit met 45%. Dat is te vertalen naar ca 54.000 voltijdequivalenten. Deze sterke terugval is aanzienlijk groter dan tijdens de financieel-economische crisis van 2008 en wordt onder meer verklaard door de volledige en verplichte sluiting van een aantal sectoren die traditioneel vrij belangrijke gebruikers zijn van uitzendarbeid: de horeca, de evenementensector en de luchthavens. Ook de sluiting van een aantal cruciale gebruikers in bijv. de automotive-waardeketen zorgt voor een bijkomende impact.

De toename van de vraag in een aantal essentiële sectoren (bijv. distributie, logistiek, delen binnen de voedingsnijverheid, medische en zorgsectoren, …) zorgt voor een tijdelijke vermeerdering van de vraag, maar de vraagdaling in de andere sectoren wordt hierdoor uiteraard niet gecompenseerd. Opmerkelijk is dat, ondanks de sterke daling van de uitzendactiviteit, toch 1 op 4 uitzendbedrijven aangeeft een probleem te hebben van tekort aan kandidaten. De oorzaken zijn kwantitatief, maar ook kwalitatief van aard.

Slimme afbouw van tijdelijke maatregelen

Waar er op een veilige manier kan gewerkt worden, moet er gewerkt worden. Daarom moet er voldoende snel duidelijkheid komen over de afbouw van de maatregelen zoals bijv. tijdelijke werkloosheid wegens overmacht én een vlotte overgang worden voorzien van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht naar evt. klassieke economische werkloosheid. Er is vandaag de facto een ‘tijdelijke-werkloosheidsval’. Daarom vraagt Federgon een slimme afbouw van de tijdelijke maatregelen. Werken moet waar mogelijk gestimuleerd worden, uiteraard met respect voor alle veiligheidsmaatregelen, zodat de gezondheid van de werknemers kan gewaarborgd worden. De gezondheid van de medewerkers blijft primordiaal, maar we moeten zoveel mogelijk evolueren naar een ‘en-en’-situatie, waarbij de gezondheid en de economische activiteit kunnen samengaan.

We moeten beseffen dat het nog een hele tijd gaat duren voordat we volledig coronavrij zijn. Daarom moeten we ervoor zorgen dat mensen op een gecontroleerde manier opnieuw aan het werk kunnen gaan. ‘Anderhalvemeteren’ in de praktijk, het is belangrijk dat bedrijven en sectoren weten hoe ze dit kunnen toepassen. Alle instanties moeten mee zijn in het relanceverhaal en dit consequent ondersteunen (vragen van attesten die niet nodig zijn en de onwetendheid hierover van de politie en ordediensten moet worden vermeden). De heropstart van de activiteiten zal ook moeten samengaan met de heropening van de scholen, want de opvang van kinderen houdt mensen langer thuis. Ruimere opvangmogelijkheden voor de kinderen kunnen de heropstart van de activiteiten alleen maar bevorderen.